(informatie komt van de website dyslexiecentraal.nl)
Volgens de definitie van de Brede Vakinhoudelijke Richtlijn Dyslexie (BVRD) gaat het bij dyslexie om een lees- en/of spellingprobleem dat ernstig en hardnekkig is. Bij de diagnostiek van dyslexie wordt in het kader van het criterium van ernst uitgegaan van een score op lees- en/of spellingvaardigheid die tot de laagste 10% behoort. Daarbij gaat het om de volgende situaties: ofwel het lezen scoort onder de 10%, ofwel het spellen scoort onder de 10%, of beide scoren onder de 10%. Tot zover ligt de definitie van dyslexie van de BVRD ten aanzien van de lees- en/of spellingproblematiek in dezelfde lijn als de definitie van de SDN brochure (2016).
Echter, wanneer alleen de spellingscore in de laagste 10% valt, en er geen ernstige uitval op lezen te zien is, dan is volgens de BVRD voorzichtigheid bij het stellen van de diagnose dyslexie geboden. Als er spellingproblemen zijn terwijl het technisch lezen zich gemiddeld of bovengemiddeld ontwikkelt, is het beeld atypisch voor dyslexie. Als een leerling dus uitsluitend uitval vertoont op spelling en daarnaast gemiddelde of bovengemiddelde scores heeft op lezen, dan is uitgebreid nader onderzoek nodig om te zien of er ook andere factoren zijn die de problemen met spelling kunnen verklaren. Wellicht is er dan iets anders aan de hand: er kan bijvoorbeeld iets niet goed gegaan zijn met het onderwijsaanbod en de spellinginstructie op school, of er zijn aanwijzingen voor een andere leerstoornis dan dyslexie.
Als vuistregel vanuit de BVRD kan hierbij het volgende aangehouden worden: bij ernstige spellingproblemen (scores spelling in de laagste 10%) kan er sprake zijn van dyslexie als de scores voor lezen daarnaast tenminste benedengemiddeld zijn (scores lezen onder de 50%). Als de scores voor lezen gemiddeld of bovengemiddeld zijn, is het beeld atypisch voor dyslexie.
Bij de vaststelling van Ernstige Dyslexie in het kader van de vergoede dyslexiezorg houdt het Protocol Dyslexie Diagnose en Behandeling 3.0 een strenger criterium aan: er moet ten minste altijd sprake zijn van zeer ernstige leesproblemen. Voor de aanmelding voor de ED diagnostiek wordt aangehouden dat de scores voor lezen daarbij altijd in de laagste 10% moeten vallen. Daarnaast kan er ook sprake zijn van uitval op spelling.
Uitsluitend of voornamelijk uitval op spelling valt niet onder de definitie van Ernstige Dyslexie. Als er ernstige spellingproblemen zijn (met scores voor spelling onder de 10%) dan moeten daarnaast ook voor lezen de scores onder de 10% vallen, om te voldoen aan de criteria voor ED. Ernstige spellingproblemen kunnen dus wel onder de definitie van Ernstige Dyslexie vallen, maar alleen als er daarnaast ook ernstige leesproblemen zijn.
Voor meer informatie en uitleg over de relatie tussen de definities van SDN, BVRD en PDDB 3.0 zie de toelichting hierover van SDN.